Elfstedentocht in de winter: 10 van de 11
feb 16th, 2016 by Silvan
Franeker
Ik sluit aan bij een duo en die twee loodsen me uit Harlingen. Amper het kombord gepasseerd stoppen deze twee bij hun volgauto, waarna ik alleen door moet fietsen naar Franeker, met de kop in de wind. Niemand voor me en niemand achter me te zien. Vlak voor Franeker sluit ik aan bij een fietser met gps. Samen bereiken we om 13.45 uur de stempelpost. Daar wordt geadviseerd alleen door te fietsen naar Bartlehiem als dit binnen anderhalfuur nog lukt. Het weer wordt namelijk alleen maar slechter. Er wordt gezegd dat de afstand nog zo’n 35 à 40 kilometer is. In een groepje moet dat zeker lukken. Maar ik besluit rechtstreeks naar Leeuwarden te fietsen. Het is mooi geweest. Ik heb namelijk steeds meer moeite iets te pakken uit mijn zakken. Tijdens het fietsen een reep uit mijn jasje halen lukt niet meer. Als ik lek rijd – en ik heb er velen aan de kant van de weg zien staan – dan wordt het erg lastig met verdoofde vingers. Mijn telefoon – waarvan de batterij bijna op is – trek ik met mijn tanden uit z’n hoesje. Ik breng het thuisfront op de hoogte. Als oud-Franeker weet ik gelukkig nog hoe ik de snelste weg kan vinden. Op Strava zie ik later dat de fietsers die in Franeker waren en de tocht hebben afgemaakt rond 17.30 uur in Leeuwarden waren. Blij dat ik niet die extra 3,5 uur op de fiets heb gezeten. Conditioneel had het nog prima gekund en dat is fijn om te weten.
Het weer
De twee weken voor de Winterfiets Elfstedentocht keek ik (meerdere keren) dagelijks naar de weersvoorspelling voor zondag 14 februari. En bijna al die tijd – er heeft ooit een weercijfer 7 gestaan – is er regen voorspeld. De dagen ervoor en erna veel beter weer. Het waait vaak stevig deze winter, maar met een graad of 10 is dat niet zo erg. Windkracht 6 met een buitje is ook nog te doen. Fietsen rond het vriespunt is ook te doen. Maar de combinatie van wind, kou en regen was voor mij teveel. Mijn winterhandschoenen zijn in ieder geval gezakt. Mooi om de wind bij mijn vingers weg te houden, maar kansloos tegen langdurige regen. Natuurlijk ook balen dat de wind sinds lange tijd ineens uit het noordoosten kwam, waardoor je de tweede helft van de tocht tegenwind hebt. Wat een pech dat het weer juist op deze dag zo slecht is.
Na het vertrek uit de Elfstedenhal een wat onwennig begin. Waar moet je naartoe? De route is niet uitgepijld. De helft van de deelnemers schijnt te fietsen met een gps-toestel op het stuur en dragen een gele band om als gids te dienen voor de gps-lozen. Na een kilometer fietst de hele groep al verkeerd. Dit belooft niet veel goeds. Buiten de Friese hoofdstad fietst onze grote groep te laat op het pad langs het water – deze editie van de Elfstedentocht loopt zo dicht mogelijk langs de schaatsroute. Uit alle richtingen komen fietsers. Sneek is de eerste stempelplaats. Een voet is al nat en dus koud. Ik heb het niet naar mijn zin. Het geloof dat ik de 200 kilometer volbreng, is er niet. Dan maar tot ons huis fietsen, zo’n beetje op de helft van de tocht. Ergens tussen Sneek en Sloten wordt het droog en ik kom steeds beter in mijn ritme. Mijn benen worden steeds beter. Samen met een fietser uit België overbrug ik het stuk tussen Stavoren en Hindeloopen. Overigens niet geheel over de beoogde route, maar over het traject van de Elfstedentocht op pinksterdagmaandag. Zonder veel problemen bereik ik ons huis, bijna naast de route. Er is geen twijfel: ik ga door.
Hier prop ik nog even een krentenbol naar binnen:
Bikkel @SilvanVijver na een korte stop weer onderweg voor (nog zwaardere) deel 2 van de #winterfietselfstedentocht pic.twitter.com/EzFpvY4nWN
— Nienke Vijver (@nienkevijver) February 14, 2016
Een korte stop en ik fiets door naar Bolsward. Een gek gevoel, want tijdens de Fietselfstedentocht in het voorjaar ligt daar de eindstreep. Nu moet ik nog 90 kilometer. Met heel veel tegenwind. Het eindigt dus in Franeker… En ik haal de Telegraaf.
Geef een antwoord