Project Pyreneeën: De Terugblik
aug 12th, 2016 by Silvan
Dat ik dagen achter elkaar urenlang met mijn racefietsje door de Pyreneeën trok, lijkt al weer heel, heel lang geleden. Hoog tijd om de balans op te maken van dit sportieve hoogtepunt van mijn leven. Anders kan ik het gewoon niet noemen. Viel het mee? Of tegen? Ik heb mijn grenzen opgezocht in de voorbereiding en in de bergen zelf. Waar liggen die grenzen? (En wat kunnen nieuwe uitdagingen worden!) Kan ik 100+ kilometer fietsen door het hooggebergte met 3 à 4 cols en ruim 3000 hoogtemeters? Kan ik meerdere dagen achter elkaar bergritten aan? Verder geef ik alle 25 verschillende beklimmingen een cijfer (ik fietste 27 beklimmingen waaronder 3 keer de Col d’Azet). Gewoon voor de leuk. Nou ja, en om gewoon even lekker na te genieten in De Terugblik.
Conditie
Conditioneel was ik meer dan in orde. Mijn voorbereiding, die in september 2015 startte, was hier ook helemaal op gericht. Veel duurritten in D1, fietsen met een lage hartslag. Voor de basis zeg maar. Niet voor snelheid, maar ervoor zorgen dat je ‘er niet doorheen zakt’. Dat gebeurde me namelijk ooit in de Vogezen, waar ik na 100 kilometer strandde op de Grand Ballon, als vierde klim van de dag. Dat gebeurde nu niet. Er waren veel fietsdagen dat ik maar door en door had kunnen gaan. Echt snel ging ik niet naar boven, maar daar was het me ook niet om te doen. Ik koos er trouwens ook voor om te stoppen als ik een foto wilde maken. Verder stops voor kledingwissels en plaspauzes. Dat helpt niet mee aan de gemiddelde snelheid!
Op de eerste fietsdag had ik nog last van mijn onderrug. Heel even dacht ik dat ik werd gestraft voor te weinig coretraining, maar mijn rugpijn kwam zeker van de twee dagen in de auto naar de Pyreneeën. Ondanks een rustdag vóór het fietsen. Vooral de eerste reisdag, waar we 5,5 uren hebben gedaan om voorbij Parijs te komen en we pas om 23.00 uur op ons overnachtingsadres aankwamen, heeft er in gehakt. Wellicht is een extra rustdag na twee volle dagen in de auto verstandiger.
Hitte
Op de tweede dag had ik het te lastig op de relatief eenvoudig klim van Hourquette d’Ancizan. De eerste fietsdag nog wat in de benen en ook de twee beklimmingen van die dag. En het werd steeds warmer. Op de derde dag in de eerste week was het echt harken. Superbagnères ging nog wel maar op de Port de Balès twijfelde ik of ik daarna nog wel de Col de Peyresourde op zou komen. Grote boosdoener was de zon. Volgens mijn Garmin kwam het kwik niet onder de 35 graden. En dan is het snikheet om te klimmen. Het hielp zeker niet mee dat ik al twee dagen fietsen in de benen had, maar ik had vooral moeite met de hitte. Nog steeds ben ik blij dat ik heb doorgezet en de Peyresourde met wat kunst- en vliegwerk heb gehaald.
Op de terugreis van de Peyresourde zei ik tegen mijn vrouw dat drie echte cols op één dag dus teveel voor mij zijn. Ik besefte nog niet dat het eigenlijk veel te heet was om drie grote Pyreneeëncols op te fietsen. Eerder had ik al uitgesproken dat ik beroerd ben in afdalen. Teveel remmen. Geen durf. Angst. Elke vorm van competitief fietsevenement was voor mij dus niet haalbaar. Gelukkig heb ik die ideeën uit mijn hoofd gefietst.
Vertrouwen en afdalen
In de vierde rit – over de Col d’Azet, Col d’Aspin en Col du Tourmalet – vond ik namelijk mijn vertrouwen. Ik was er helemaal doorheen. Een mooi opgebouwde rit waarbij ik op de Tourmalet nog makkelijk kon versnellen en afdalen in de mist, waarbij ik fietsers en auto’s voorbij ‘vloog’, deed me ontzettend goed. Waarschijnlijk kwam het door de eerste meters op de Tourmalet. Geen col werd vaker in de Tour de France opgenomen. En ik fietste daar. Wat een supergevoel. Dat het mistig, nat en koud was, deed er niet meer toe. Ik genoot en merkte direct dat ik beter ging fietsen. Berg op én ook berg af. Ik ben nog steeds niet goed in afdalen, en dat zal ik ook wel niet worden. Maar stoppen uit angst voor oververhitte velgen (door teveel remmen) en kans op een klapband hoefde niet meer. Ik wil gewoon veilig beneden komen en dat is me alle 22 afdalingen in de Pyreneeën ook gelukt. En zo slecht als op de eerste dag werd het niet meer. Wonderbaarlijk genoeg heb ik geen tel gedacht aan mijn valpartij in mijn eigen woonplaats.
Naast de grijze rit over onder meer de Tourmalet, was de etappe over de Col d’Aubisque ook koud en nat. Vreemd genoeg kijk ik met heel veel plezier terug op deze twee ritten. Blijkbaar fiets ik beter in slecht weer dan in warm weer.
Voeding en materiaal
Voor vertrek naar de Pyreneeën heb ik berekend hoe lang ik elke fietsrit onderweg zou zijn en hoeveel ik onderweg moet eten. Ik vertaalde de tijd naar het aantal ontbijtkoeken die ik graag eet en gelletjes. Er zijn diverse Snelle Jelle’s en ik koos de koeken met rozijnen vanwege de hoeveelheid koolhydraten. Bij een gelletjestest in Limburg tussen PowerBar en SiS vond ik de laatste duidelijk de lekkerste. Er zijn verschillende smaken en op Futurumshop was eind mei de smaak Zwarte Bes verreweg het goedkoopste. Nu hebben ze allemaal dezelfde prijs. De Zwarte Bes-gelletjes gingen mee en dat is heel goed bevallen. Het was sowieso een fijn gevoel dat je gewoon genoeg eten bij je hebt in de bergen. Na elke rit nam ik een herstelshake. Ik had dat nog nooit gedaan. Niet lekker, maar de smaak went. Het thuisfront (op locatie in de Pyreneeën) hield ik onderweg op de hoogte per SMS. Werkt goed, al heb je soms – in de uithoeken van de bergen – geen bereik. Op de fiets had ik verder altijd mee: regen-/windjack en winterhandschoenen. Beide belangrijk bij de afdalingen.
Mijn racefiets, een Bulls Harrier, heeft zich prima gehouden. Alleen op de Port de Balès dacht ik dat ik pech had, maar blijkbaar zag ik ze vliegen want bij de zoveelste stop op deze klim zag ik niks geks bij mijn trouwe rijwiel. Ook geen lekke banden onderweg (ik had een vracht reservebandjes mee naar de bergen) en de buitenbandjes (Continental Grand Prix 4000 S II) hielden zich prima. Ook daar had ik twee extra van mee. Vanwege kleine problemen die ik zelf niet kon oplossen heeft mijn racefiets in het voorjaar een aantal keer bij de fietsenmaker overnacht. De laatste keer heb ik een nog lichter verzet op mijn fiets laten monteren. Daar heb ik heel veel plezier van gehad. Ik fietste continu met LED-lampjes van BBB en deed die aan bij mist, verkeersdrukte en de tunnels van de Aubisque. Het gaf me een veilig gevoel. Op het stuur: een Garmin Edge 810. Daar maak ik nog een review over! In het voorjaar nog noodgedwongen een nieuwe fietshelm en fietsschoenen moeten kopen. De helm werd er weer eentje van Giro en zat direct als gegoten. Voor fietsschoenen stapte ik succesvol over van Sidi naar Fizik.
De cijfers
Van tevoren was dit de opgave voor het avontuur in de Pyreneeën:
– 28 beklimmingen. Dit waren eigenlijk 30, want ik had twee keer de klim naar Azet niet meegerekend.
– 877 kilometer
– 30.010 hoogtemeters (volgens MapMyRide)
De teller is blijven steken op:
– 27 beklimmingen. Want, niet gedaan: Col des Bordères, Col de Soulor Zuid en Col de Couraduque
– 784 kilometer
– 22.500 hoogtemeters
Ik heb de zevende rit ingekort en gecombineerd met de achtste etappe. Hierdoor ligt het aantal kilometers lager en heb ik de Bordères en Soulor-Zuid laten lopen. Couraduque bleek onbegaanbaar. Het aantal hoogtemeters bleef wat achter. Ik denk dat MapMyRide teveel heeft berekend, of mijn Garmin wat te weinig. So be it.
Geslaagd?
Wat mij betreft is het Pyreneeënproject meer dan geslaagd. Ik kan 100+ritten aan met meerdere cols en 3000+ hoogtemeters. Meerdere dagen achter elkaar kan ik deze inspanning leveren en afdalen gaat steeds beter minder slecht. Eerlijk gezegd geloof ik niet dat ik goed genoeg ben voor bijvoorbeeld meerdaagse wedstrijden van Haute Route. Meerdaagse evenementen – zonder wedstrijdelement – zijn zeker mogelijk. Denk aan Tour for Life, The Ride of misschien zelfs de 100 cols tocht. Leuk om te weten, maar voorlopig spreekt me dat nog niet aan. Ik fiets dan liever een zelfbedachte route. En dan het liefst alleen in de bergen. Ambitieus wil ik blijven en ik wil dan ook zeker een keer meedoen aan de cyclo der cyclo’s: Marmotte om daar goud te halen. En dat moet lukken. Wanneer ik dit ga doen weet ik nog niet. Volgend jaar in ieder geval niet. De komende maanden buig ik mij over toekomstige doelen, zoals de Dolomieten, zuidelijke Franse Alpen, Zwitserland, tijdrit Alpe d’Huez, tijdrit Mont Ventoux, 4xMont Ventoux (Galérien) en Vlaanderen.
De cols op rapport
Lac de Cap-de-Long | 10 |
Wat een beauty. Vanaf het dorpje Fabian, waar je de weg richting Spanje verlaat, begint het feest. Vee op de weg, haarspeldbochten, langs Lac d’Orédon en geweldig zicht op de stuwdam van Lac de Cap-de-Long. Ik trof een rustige weg en rust bij het meer. | |
Lac d’Aumar | 8 |
Te combineren met Lac de Cap-de-Long en na het tolpoortje heel rustig. Loodzware, lange stukken. Je fietst eigenlijk langs Lac d’Aumar. Het eindpunt is iets verderop bij Lac d’Aubert. | |
Pla d’Adet | 9 |
Voor mij een van de grootste verrassingen van alle beklimmingen in de Pyreneeën. Het eindpunt – een skidorp – dat is niks, maar de weg ernaartoe: yes! Ik zag de haarspeldbocht vanuit ons vakantiehuis in Azet liggen. Lange rechte stukken met hoge percentages. Maar de weg kronkelt eigenlijk langs de berg omhoog, en na de haarspeldbocht heb je lang zicht op het het skidorp. | |
Col de Beyrede | 6 |
Veel door het bos, onregelmatig en in het programma opgenomen vanwege de vermelding op de BIG-lijst. De top is open en aardig. De afdaling naar Espiadet is levensgevaarlijk. | |
Hourquette d’Ancizan | 8 |
De tweede helft van deze, relatieve eenvoudige klim, is erg fraai. Mooie, groene natuur en vee op de weg. Iets teveel gepicknick aan de kant van de weg voor een 10. | |
Superbagnères | 8 |
Iets meer van voorgesteld, maar het blijft een serieuze beklimming. Meer dan 10 toppen boven de 3000 meter om je heen, schijnt. Ik had geen tijd om ze te tellen, ik had het te lastig. Ik trof nieuw wegdek met allerlei losse steentjes, dus niet fijn afdalen. | |
Port de Balès | 7 |
De slotkilometers zijn mooi, maar daarvoor veel door het bos. Onregelmatig. Ik daalde de zuidkant af en die leek mooier. | |
Col de Peyresourde | 7 |
Na de afdaling van Port de Balès de laatste 10 kilometer meegepikt van de oostkant van de Peyresourde. Een brede, drukke weg, waar ik als fietser overigens geen last van had. Niet zwaar, ik zat er wel stuk door de hitte. | |
Col d’Azet | 8 |
Een leuke tussencol, met op de top geweldig uitzicht richting oost en west. Gelukkig al gezien vanuit de auto, want met de fiets ging ik door de mist over de top. | |
Col d’Aspin | 9 |
Verrassend fraaie col vanuit Arreau. Ondanks de mist heb ik er erg van genoten. Je ziet de weg geregeld onder of boven je liggen. Ik heb niks van de top meegekregen. | |
Col du Tourmalet | 10 |
Niks van het uitzicht gezien, maar ik heb ervan genoten. Een grote col. Dus druk. Maakte me niks uit. De galerijen, de skiliftjes boven de weg, vee in de berm: geweldig! De top was wat minder. Het was er te druk. Vooral veel schreeuwende Spaanse mannetjes met hun racefiets boven hun hoofd voor de (groeps)foto. Nee. Toch een 10! | |
Hautacam | 8 |
Verrassend vermaak. Ik had me helemaal schrap gezet voor deze onregelmatige, loodzware, onaantrekkelijke, verplichte kost. Het was inderdaad onregelmatig, maar loodzwaar vond ik het niet. Het ging best lekker. Ondanks de mist, vond ik het een prachtige klim. Geen verplichte kost, maar een must! | |
Luz-Ardiden | 8 |
Luz-Ardiden, de klim van die foto. Met die bochten. Dat zie je onderweg natuurlijk wel wat, maar vanaf de top pas echt. Een heel vermakelijke beklimming. | |
Cirque de Troumouse | 10 |
Stond op mijn verlanglijst en man man, wat een geweldige klim! Nadat je voorbij de plaats Gèdre bent begint het moois. Een rustige klim (laatste stuk tolweg) en de drie slotkilometers zijn 10 procent. Prachtige natuur+loodzwaar+rustig=10. | |
Barrage des Gloriettes | 7 |
Een klim van een paar kilometer, maar wel erg steil. Leuk extra uitstapje in de afdaling van Cirque de Troumouse. Ik vond het te heet om te zoeken naar het cafeetje/restaurantje aan de andere kant van de stuwdam. | |
Col de Tentes | 10 |
De mooiste van allemaal. Van Gèdre tot Gavarnie waren veel werkzaamheden. Het is een drukke weg. Na Gavarnie amper verkeer. De Col de Tentes wordt volgens mij maar 1 keer aangegeven. Gewoon het skistation volgen. Woeste natuur, veel loslopend vee. Prachtig. Ik heb niet geprobeerd Port de Boucharo te bereiken. |
|
Pont d’Espagne | 9 |
Ik vond deze klim ook echt verrassend. Misschien omdat ik er direct vanuit ons vakantiehuis aan kon beginnen. Veel watervallen onderweg en een snelstromende beek naast de weg. Na La Raillère wordt het wat zwaarder en dat maakt het een echte klim. | |
Col de Spandelles | 6 |
De oostkant is bijna volledig door het bos. Was wel heerlijk rustig en ik trof de Spandelles op een natte dag. Bovenop koud. De westkant is veel mooier. Een smalle weg, een technische afdaling noemen ze dat geloof ik. | |
Col de Soulor | 9 |
Een serieuze col vanaf de noordkant. Gefietst in de mist, dus geen mooi zicht op de Col d’Aubisque. Wat ik ervan heb gezien, vond ik prachtig. | |
Col d’Aubisque | 10 |
Vanaf de Col du Soulor is het 10 kilometer naar de top van de Aubisque. Niet zwaar, maar wat een mooie ervaring. Die tunnels vond ik magisch. Het gevoel dat je daar fietst – net als op de Tourmalet – was heel fijn. Een leuke top. |
|
Col de Marie-Blanque | 7 |
Staat vooral bekend om de westkant, met een loodzware finale. Ik beklom de oostkant en heb het daar prima naar mijn zin gehad. De afdaling heb ik zonder kleerscheuren gehaald. | |
Col d’Ichère | 7 |
Een kleine col op weg naar ons vakantiehuis. Een mooi slot van een prachtige dag. Te laag en te kort voor een hoger cijfer. | |
Col de Lie | 7 |
Kort maar krachtig. Leuke col. Ons vakantiehuis lag aan de voet. Wat wil je nog meer? | |
Col de Pierre-Saint-Martin | 9 |
Hele mooie vergezichten, tot ver buiten de Pyreneeën. De klim is erg zwaar. Maar het uitzicht vergoedt alles. Op de top miste ik een leuk ’topmoment’. | |
Port de Larrau | 10 |
Misschien kwam het omdat dit de laatste col was, maar wat een ‘hidden gem’! Zo heerlijk rustig. Ik had er hoge verwachtingen van en het viel geen moment tegen. Ongelofelijk zwaar. Maar vooral na de Col Erroimendy is het genieten. Geluk. |
Tot slot
Het publiceren van deze blog stel ik al weken uit, omdat het zo’n afsluiting is van deze onderneming. Nou toch maar gedaan… Ik wil nog even kwijt dat ik mijn vrouw Nienke heel erg dankbaar ben voor alle tijd die ik hieraan mocht spenderen. Ze heeft me continu gesteund in de voorbereiding en in de bergen, zonder een moment mij af te remmen. Ik wilde niet alleen door de Pyreneeën fietsen en ik ben blij dat ik mijn gezin in de buurt had. En fijn dat mijn vrouw me heeft weggebracht met de auto naar Bagnères-de-Luchon voor de derde etappe en dat ze me heeft opgehaald op de Col de Peyresourde, Col de Tentes en Port de Larrau. Geplande taxidienst trouwens ;) En dan nam ze ook nog ongevraagd mijn hersteldrank mee. Erg handig, want het is de bedoeling dat je die zo snel mogelijk na de inspanning op drinkt. Als kers op de taart nog fietskleren van Rapha cadeau voor de laatste rit in de Pyreneeën, lucky me!
Ha Silvan,
Heerlijk om deze reviews te lezen! Dit geeft inspiratie voor een eigen fietsvakantie :)
Dank!
Inderdaad leuk om te lezen. Ik reed in september ook in de Pyreneeën en kan aan de hand van jouw blog herinnering ophalen aan mijn eigen vakantie. Ook ik put inspiratie uit jouw blog voor verdere vakanties. Dank dus voor je berichten! Er moet veel werk in kruipen.