Koud, grijs en nat, maar 100 kilometer genieten
sep 6th, 2017 by Silvan
Ondanks het waardeloze weer aan het einde van onze tweede Vogezenweek stapte ik gewoon op de racefiets voor de langste onderneming tijdens ons verblijf in Frankrijk: ruim 100 kilometer met zoveel mogelijk cols achter elkaar. Ik had immers niet voor niks getraind: vele avonden in het donker of voor dag en dauw op zondagochtenden. Maar goed, van zomer was eventjes geen sprake meer. Het was grijs, nat en vaak niet eens 10 graden. Nou is het in dit deel van de Vogezen erg rustig met verkeer en toeristen (er is ook niet zo heel veel te doen), maar deze dag kwam ik wel heel weinig mensen tegen onderweg. En dat is toch wel genieten hoor. Van de regen merk je al snel niks meer en mijn dunste winterhandschoenen deden goed hun werk.
Onderweg naar de eerste top, Climont, langs Col de Steige. Op de achtergrond de berg Climont.
Tweede col onderweg naar Climont…
Aan deze rit heb ik thuis het meest gesleuteld. Een ronde van een uur langer heb ik uiteindelijk toch ingekort en ik zag verder af van een scenario waarin mijn gezin me ergens op een colletje zou ophalen. Om bij de gewenste colletjes te komen, fietste ik eerst weer over de Col de Steige, een mooie opwarmer. Daarna liep de weg verder omhoog voor de Col de Salcée, een paar kilometer verderop. Na een plaspauze en een halve koek sla ik af richting het gehucht Climont, dat op de flanken ligt van een duidelijk aanwezige, gelijknamige berg. De weg blijft stijgen en deze paar kilometers is het echt klimmen. Maar het duur niet erg lang. Overigens zijn mijn benen niet echt super.
De afdaling vanaf Climont is echt geweldig. Ik vermoed een percentage van 4, 5 à 6 procent op mooi asfalt. Het is een snelle afzink maar door alle regen doe ik het toch rustig aan. Ik bereik de weg tussen Villé en de Col d’Urbeis, waar ik de richting Villé kies. Want die kant begint de klim naar de volgende col: Col de Fouchy. De weg loopt iets af, ik maak veel snelheid, en krijg het bijna koud. Het is een beetje een saaie weg die ik straks weer terug moet fietsen. Een omweg om de Col de Fouchy te kunnen doen, een totaal onbekende klim. Een gokje, maar ik heb hoge verwachtingen. En oh, wat mooi is deze beklimming! Komt het door de rust onderweg? Of door het genot van fietsen in de regen ergens in de bergen? Het is volgens mij gewoon een fraaie col. De top ligt op de grens van het Parc naturel régional des Ballons des Vosges. Een paar lekker slingerende bochten en mooie doorkijkjes tussen de bomen. Op de col zie ik voor het eerst deze dag een andere fietser. Ik heb totaal geen zin om ook maar te groeten, beetje aso, maar ik wil even in mijn eigen wereldje blijven.
Uitzicht vanaf de Col de Fouchy, honderden meters onder de top.
De afdaling is al even vermakelijk. Mijn regenjasje houdt me lekker warm. In het dorp Fouchy start meteen de klim naar de Col d’Urbeis. Verrassend genoeg is deze richting leuker dan ik net andersom heb afgelegd. Op Col d’Urbeis staan borden die je niet in Frankrijk wilt zien: Route Barrée. Ergens op mijn route kan ik niet verder. Geen idee tot hoever ik kan fietsen, maar omrijden is geen optie. Ik probeer zo ver mogelijk te komen. In het laatste dorp voor de volgende klim – Col d’Hermanpaire – houdt het op. Daar kan ik gelukkig een andere weg pakken, een paar kilometer omrijden. Niet erg.
Col de Hermanpaire
Voordat ik het weet ben ik al weer begonnen aan de Col d’Hermanpaire. Weer door het bos. Ik fiets door een dorp. Helemaal niemand gezien. Na een paar kilometer sta ik bij het colbordje. Een viersprong waar een weg onverhard is. Waar die andere weg naartoe gaat, weet ik niet, het bord is niet goed leesbaar. Er passeert zowaar een auto. Ik neem een halve koek, stuur een berichtje naar mijn gezin en ga weer op weg. Machtig mooi! Lekker afdalen en me opmaken voor de volgende col. Het gaat vandaag echt op en af en het is jammer dat mijn Garmin ook deze rit niet goed de hoogtemeters verwerkt waardoor het hoogteprofiel er in Strava niet uitziet zoals zou moeten.
Mooie afdaling van Col du Las.
Col du Las
Volgende horde is Col du Las, dik 4,5 kilometer klimmen met percentages rond de 4 procent. De afdaling verrast me met een paar zeer fraaie doorkijkjes. In no-time ben ik alweer beneden in de plaats Saales, zowaar weer even in de bewoonde wereld. Aangezien daar ook een colbordje staat – Col de Saales – maak ik er maar een foto van. Het dorp door en mijn weg zoeken richting de Côte du Palais. Dat staat overigens niet op de borden. Ik moet de weg volgen richting Col du Hantz. Ergens halverwege de Col du Hantz passeer ik het hoogste punt in deze weg, bij het gehucht: Palais. Het is maar vijf kilometer tot de top en halverwege markeert een ziekenhuis het beginpunt van nog wat echte klimkilometers. Geweldig, ik kom niemand tegen. Het is inmiddels droog en de regenjas moet nu echt uit, anders heb ik het veel te warm tijdens het klimmetje. Ik daal af naar Col du Hantz, waarna ik over een prima weg afdaal. Via een toeristische route via Champenay en Plaine fiets ik weer naar ons vakantiehuis.
Côte du Palais, blik naar “beneden”.
Vanaf deze bocht is het eventjes echt klimmen.
Geef een antwoord