Godfather Italiaanseweg: loslopende honden en zwemmende fietser
mei 17th, 2018 by Silvan
Voor mijn zesde titel als godfather bij BIG Cycling fietste ik op 6 mei 25 keer de Italiaanseweg op. Op papier is dit de makkelijkste van de 10 Nederlandse BIG’s. En zo voelde het ook. Maar cadeau krijg je het godfatherschap nooit. De beklimming op de stuwwal in de buurt van Doorwerth en Heveadorp bestaat vrijwel geheel uit klinkers. Een paar flinke hobbels en veel zand in de bochten maakte het lastig. Het pad door het bos is vrij smal en het was op mijn fietsdag erg druk vanwege het mooie weer. Veel mensen die de hond uitlaten en mountainbikers die afdalen. Ik heb de weg niet afgedaald, zoals ik normaal wel doe bij een godfather-poging. Ik had een rondje bedacht van 4.3 kilometer waarbij de afdaling via Heveadorp gaat.
Niet opblazen
Ik reed al eerder een paar keer de Italiaanseweg op en blies me elke keer weer op. In de eerste van de twee haarspeldbochten was het dan al harken geblazen. De klim begint eenvoudig en blijft goed te doen zodra de klinkers beginnen. Halverwege naar de eerste bocht is het steilste stuk. Tussen de bochten kun je herstellen of juist gas geven. Na bocht twee loopt het weer iets zwaarder. Maar goed, als je 25 beklimmingen doet, gaat het niet om snelheid. Volhouden is de boodschap. Ik heb de uitdaging in tweeën geknipt, omdat ik op deze dag in Papendal – wat een paar kilometer verderop ligt – met mijn fietsteam de kleren van Alpe d’HuZes moest ophalen.
Zwemmende fietser
Al vroeg zat ik in de auto en om 6.47 uur fietste ik naar de voet van de klim. Afgezien van de tweede beklimming ging het vrij vlotjes. Het was duidelijk dat het niet echt moeilijk zou worden. Het grote voordeel van zo vroeg fietsen is de rust. Je komt amper mensen tegen en het is heerlijk stil. Raar geval na de derde of vierde klim. Bij een van de vijvers aan de Fonteinallee zag ik een fiets op de weg liggen. Toen ik er langs reed zag ik iemand op z’n gemak door het water lopen. Fietskleren aan. Fietshelm op en een bidon in de hand. Tot zijn borstkas onder water. Voordat dit tafereel tot me doordrong was ik er al ver voorbij. Een ronde later was hij en zijn fiets weg. De natte sporen en het eendenkroos bleven nog een paar rondjes zichtbaar. Ik hou het er maar op dat hij aan het vissen was – het stikt er van de grote goudvissen. ’s Middags zag ik nog een ander met een schepnet…
Deel 2
Na Papendal zocht ik de parkeerplaats weer op en kreeg gezelschap van mijn collega Ruud. Hij fietste uiteindelijk 8 rondjes met me mee. Het was inmiddels veel drukker geworden en de klim werd een stuk linker. Veel fietsers die afdalen (!) en mensen die de hond (soms los) uitlaten. Goed opletten dus. Uiteraard fietsten er ook veel anderen omhoog. Meteen een goede test om me niet gek te laten maken door hun snelheid. Gewoon op reserve omhoog. De laatste klim mocht ik van mezelf even volle bak. Ik reed wat sneller naar de eerste bocht, maar nog steeds op reserve. In de bocht schakelde ik naar een groter verzet om mijn slag te slaan. Ik kon het doortrekken tot ‘de top’, maar het bleek achteraf niet genoeg voor een PR. Toch nog te voorzichtig begonnen. Maar… 25x de Italiaanseweg in de tas. Voor de zesde keer godfather!
Geef een antwoord