Pyreneeën rit 3: daar is Cujo weer
jun 22nd, 2016 by Silvan
Nog maar een paar kilometer op de teller vandaag en er rent alweer een Franse Cujo achter me aan. Vorig jaar werd ik al in de afdaling van La Toussuire belaagd door twee honden. Door zelf veel kabaal te maken ging het toen goed. Vandaag ook, wees gerust beste lezer. Maar het was wel een razendspannende minuut. Ik was net begonnen aan de klim naar skistation Superbagnères en daar zit net een vervelende kilometer in van 10 procent. En precies daar hoor ik een hond blaffen – formaat kalf – en ik zie dat hij midden op de weg naar mij toe rent. Ik schakel wat tandjes bij en vlieg in het rood. Cujo rent door en loopt in. Snel. Ik begin maar heel hard te schreeuwen en overweeg een bidon te gooien. Ik stap al bijna af om mezelf met mijn racefiets te verdedigen. Dan stopt de hond. Er komt een auto aan en dat is mijn redding. Ik fiets voor de zekerheid stevig door en blijf achterom kijken mocht dat rotbeest zich toch bedenken.
Superbagnères
Superbagnères blijkt een mooie klim met geweldig zicht op de hoge toppen rondom. Deze jongen staat dan ook niet voor niks op mijn verlanglijstje. Afvinken maar! Verder in deze derde rit nog Port de Balès met de finish op de Col de Peyresourde. De eerste beklimming gaat redelijk en dat geldt ook voor de afdaling. Veel los grind op het wegdek maakt het gevaarlijk.
Gesloopt op snikhete Port de Balès
Om de noordkant van de Port de Balès te pakken moet ik eerst een heel stuk door het dal. Aan de voet scoor ik nog een koude cola. Ik kies een café uit waar Franz Ferdinand keihard uit de speakers knalt. Een vrouw op leeftijd vult zonder probleem mijn bidons met koud water. Top!
Eerlijk gezegd valt de Port de Balès wat tegen qua omgeving. Met uitzondering van de slotkilometers.
Veel door het bos, waar overigens amper schaduw is – de zon staat hoog en drijft het kwik naar 38 graden. Het klimmen gaat voor geen meter meer. De hitte sloopt me en ik voel de inspanningen van eerder deze week en van vandaag. Ik moet vaak stoppen. Even bijkomen in de spaarzame schaduw. Ik twijfel of ik de derde col nog wel aankan. Eenmaal uit het bos wordt er wel erg fraai en zorgt het beetje wind voor wat verkoeling. Ik hark mezelf naar de top en sms aan het thuisfront dat ik wellicht de Peyresourde niet haal. Mijn gezin heeft me vanochtend in Bagnères-de-Luchon gebracht en haalt me weer op op de top van de Peyresourde.
Compleet aan gort op de Col de Peyresourde
Na de redelijke afdaling van de Port de Balès is het nog 10 kilometer klimmen, dik 7 procent gemiddeld. Ik besluit er gewoon maar voor te gaan. De temperatuur blijft boven de 35 graden. Zo lang mogelijk wil ik vasthouden aan mijn gemaakte routes. Ik stop zo’n beetje om de kilometer – je kunt het geen klimmen meer noemen – maar ik haal het. Langs de kant van de weg zoek ik verkoeling door water – dat op veel plekken uit kranen in waterbakken stroomt – over mij heen te gooien. Een Fransman die ligt te luieren in de berm verzekert me dat het drinkwater is: oui, montagne montagne! Toch drink ik er niet van, maar gooi het koude water regelmatig over me heen. Heerlijk. Na drie dikke beklimmingen in deze hitte was ik wel helemaal op. Nu eerst twee rustdagen. Zaterdag wacht de Tourmalet…
Geef een antwoord