Pyreneeën rit 8: vijf cols over door de regen
jul 3rd, 2016 by Silvan
Wat een rit was dit! 117 kilometer door de regen en over 5 cols. Geen zon gezien, en het was koud. Hoofdcol vandaag was de Col d’Aubisque. Eigenlijk niet de zwaarste, maar wel de mooiste van de dag en nummer 12 van mijn verlanglijstje. Hoewel ik vanwege de mist niks van de omgeving meekreeg, zag ik op de Aubisque gelukkig wel alles van Cirque de Litor, een weg op de bergwand met de steile afgrond ernaast. Misschien maar goed dat het mistig was voor iemand met hoogtevrees zoals ik.
In de etappe vanuit Pierrefitte-Nestalas begon na zo’n 10 kilometer al de eerste klim: Col de Spandelles. Geen bekende beklimming, maar wel eentje van de 1000 BIGS. Een onregelmatige opgave door het bos. Het miezerde al wat, maar het was heerlijk rustig. Dat is genieten hoor. Rustig omspringen met de krachten want ik verwacht ongeveer 8 uren onderweg te zijn. En dat gebeurt ook.
Geen Col de Couraduque
Ik was van plan om net onder de top van de Spandelles nog een uitstap te maken naar de Col de Couraduque, maar de weg daar naartoe bestaat, zover ik kan zien, alleen maar uit losse stenen. Dat sla ik over waardoor ik meteen de laatste twee loodzware kilometers van de Spandelles moet pakken. Op de top, waar ik alleen gezelschap heb van een koude bries (wat heerlijk rustig!), doe ik de arm- en beenstukken weer aan. De zomerhandschoentjes maken plaats voor de winterhandschoenen (onmisbaar in elke rit!), ik stuur een SMS naar het thuisfront – die met de auto onderweg gaan naar de finishplaats waar ons volgende vakantieadres is. Regenjack weer dicht en afdalen maar. Deze afzink is een hele fraaie. Veel bochten met 8 à 8,5% naar beneden op een smalle weg. Afdalen op een natte weg, ik houd er niet van. De remrubbers slijten ook veel sneller als ze nat zijn. Wonderbaarlijk genoeg blijft mijn voorste rem – mijn grote, trouwe vriend – de hele dag droog!
Col du Soulor
De tweede beklimming is de Col du Soulor, die de oostkant van de Aubisque aan de lastige percentages helpt. De Aubisque vanaf de Soulor is eenvoudig qua percentages, alleen met een Spandelles en een Soulor in de benen is dat een ander verhaal. Deze noordkant van de Col du Soulor, 11 kilometer klimmen, is erg fraai maar het is jammer dat de mist een mooi uitzicht in de weg zit. Gelukkig kan ik de Soulor zelf wel goed zien, de slotkilometers zijn super! Rotsen, vee, groene weides en een aasgier die naar me loert. Vandaag niet amigo.
Col d’Aubisque
Zoals gezegd was het stuk naar de Col d’Aubisque het fraaist. Nou ben ik wel gevoelig voor grote namen uit de wielerhistorie en de Aubisque is daar zeker een van. Ik realiseer me ook echt dat ik dáár fiets, een fijn gevoel.
De tunnels zijn echt geweldig om mee te maken. Op de top – waar deze keer paarden los lopen – alle kleren weer aan en de kletsnatte, mistige afdaling in. Ik had zo gehoopt dat deze afdaling droog zou zijn, maar helaas. Ik denk niet aan de risico’s van het dalen, de ervaring die ik heb opgedaan met alle afdalingen deze weken geeft me vertrouwen. De Tourmalet en Hautacam gingen in vergelijkbare omstandigheden ook prima. Het is nu niet anders. Het is ook niet zo’n steile afdaling als de Col de Marie-Blanque, de volgende col. Ik hoop dat die wel droog is. Dus niet.
Col de Marie-Blanque
Ik fiets de Marie-Blanque vanaf de oostkant omhoog. De eerste 4 à 5 kilometers zijn zwaar, later vlakt het af. Het miezert gelukkig niet meer. Het regent nu serieus… Een droge afdaling zit er niet in. Balen, want het gaat de eerste 4 kilometer met 12 procent naar beneden. Op een natte weg. Er zitten nauwelijks bochten in, dus je maakt makkelijk snelheid. Ik tel de kilometers af en vind dat het best goed gaat. Ook deze hindernis genomen! Met een brede grijns op mijn gezicht. Wat een kick om hier te fietsen.
Col d’Ichère
De laatste col is kort maar krachtig: de volstrekt onbekende Col d’Ichère. In de stromende regen – en ik alle rust – pak ik deze col, fiets ik een lekkere afdaling en bereik ik zo ons vakantiehuis. Godzijdank uitgerust met een prima douche. Zelden zo’n lekkere warme douche gehad.
Nog één rit voor de boeg!
Geef een antwoord